Intro: , , , , , , () Ik ben altijd de schouder, de troost in zekere zin ze noemen mij wel meer dan eens, een hartsvriendin ik ben altijd maar het broertje, waarmee ze praten kan een maatje, een klankbord, maar nooit de geile man () ik wou dat ik jou was, gewoon een keertje jou was dat ik ook eens met een vrouw was, niet het kussen maar het matras was maar ik wou juist dat ik jou was gewoon een dag niet mezelf was dat ik alles was wat jij was en jij was dan wie ik was en dat wij dan nog steeds wij was en ik een dagje vrij was ik niet eenzaam maar een club was ik niet de regen maar de drup was en wij dan nog steeds wij was. Etc.